Is dit nu later? Stef Bos verwoordt het zo mooi. Ik vraag het me soms ook af. Wat waren mijn dromen en idealen als kind, als tiener, als 20 jarige, … ? Wat is er van die idealen overgebleven?
De ene werd een voetballer
De ander werd een held
We geloofden in de toekomst
Want de meester had verteld
Ooit wilde ik misschien de wereld verbeteren. Ik denk dat het beperkt gebleven is tot mijn eigen wereldje. Ik ben geen voetballer, maar misschien wel een fijne held.
Jullie kunnen alles worden
Als je maar je huiswerk kent
Maar je moet geduldig wachten
Tot je later groter bent
De middelbare school ging vlotjes, maar effectief, ik heb er hard voor gewerkt. Mijn hogere studies hebben me de eerste jaren soms tot tranen gedreven, maar de doorzetter wint. Ook ik. En ja, ik ben geworden wat ik wilde. Mijn geduld werd beloond. Misschien heb ik geluk gehad, misschien heb ik de juiste keuzes gemaakt. Dat besef ik nu.
We spelen nog verstoppertje
Maar niet meer op het plein
En de meeste zijn geworden
Wat ze toen niet wilde zijn
Wie heeft zijn idealen opzij geschoven om er iets anders voor in de plaats te zetten?
Ik ben blij dat ik weet dat er mensen zijn waar ik terecht kan en zij bij mij. Hoe vaak kan die knuffel of dat gesprek bij een tas thee (of buiten in de regen) niet het verschil maken. Ik ben vereerd hen ‘mijn vrienden’ te mogen noemen.
Maar ik zie geen hand voor ogen
En het donker maakt me bang
Mamma, mamma…
Mag het licht aan op de gang
We razen door het leven aan sneltreintempo en ja, dat maakt me soms bang.
Is dit nu later? Kinderen krijgen zat altijd in dat ideaalbeeld. Die kinderen zijn er zonder enige moeite gekomen. Dat opvoeden niet altijd van een leien dakje gaat, had niemand me verteld. Een baby vereist veel zorg, maar achteraf gezien was dat de makkelijkste fase. Al heb ik die gebroken nachten meermaals vervloekt. Zodra de baby’s peuter werden, en daarna kleuter, kind, tiener, … werd het allemaal wat moeilijker. Je ziet kleine gebreken zich manifesteren, maar ook erg waardevolle talenten. Je ziet persoonlijkheden ontwikkelen en ook karakter. En soms lijkt een kind als een spiegel van jezelf. De genen die je liever niet aan je kinderen had doorgegeven, hebben zich hier en daar in hun DNA verweven. Je ziet ze hun plekje op de wereld zoeken, al is die wereld niet altijd even lief.
We zijn allemaal volwassen
Wie niet weg is gezien
En ik zou die hele choas
Nu toch helder moeten zien
“Het mooiste dat je kan worden is jezelf” stond het op het geboortekaartje van zoon nummer 2. Een waarheid als een koe. Ik zou ze niet anders dan anders willen, die zonen, maar -eerlijk is eerlijk- met sommige kantjes heb ik het toch wat moeilijk.
De oudste zoon en mij, dan geeft soms vonken. Moeder is soms een harde tante, zoonlief -een puber in wording- ziet het vaak anders met heel andere prioriteiten. Het zijn dan ook altijd dezelfde momenten in het jaar dat de spanningen pieken. Is dit nu later?
Een eigen huis, tuin, boompje (geen beestje). Een huis vol spullen, soms een huis vol rommel en alles ooit aan de kant krijgen lijkt dweilen met de kraan open. Had ik het ooit zo gedroomd?
Is dit nou later
Is dit nou later als je groot bent
Een diploma vol met leugens
Waarop staat dat je de waarheid kent
Is dit nou later
Is dit nou later als je groot bent
Ik snap geen donder van het leven
Ik weet nog steeds niet wie ik ben
Is dit nou later