En toen schoven de Sinterklaasboekjes door de brievenbus onze woonkamer binnen. Het eerst boekje was binnen de kortste keren aan flarden gekipt. De knipsels werden netjes verzameld in een plastieken crèmedoos. Ik vermoed dat dit tafereel zich niet alleen bij ons afgespeeld heeft, maar dat her en der een stapel knipsels ligt te wachten om verwerkt te worden in een brief aan die Goedheilig Man.
Twee derde van onze kroost weet ondertussen al hoe de vork aan de steel zit, maar voor dat derde deel moet de mythe huize vierenveertig nog wat in ere gehouden worden.
De inhoud van de crèmedoos voorspelde weinig goeds: een auto op afstandsbediening (staan er boven in de kast ook al niet een paar die maar uitzonderlijk bovengehaald worden?), nog een Nerf geweer (te weten dat het ons toch 12 jaar gelukt was om onze woonst als ‘wapen-loze zone’ geregistreerd te houden. Het laatste half jaar is het daar wel wat scheef gelopen).
Gelukkig was moeder ook opgelucht toen ze zag dat zoonlief toch een paar Lego Technic spullen uitgeknipt had.
Lego en Lego technic wordt hier in vlagen gespeeld, niet constant (ik wil niet elke dag mijn voeten bezeren), maar regelmatig wordt de grote mand blokjes op een deken uitgekapt (we hebben zo onze technieken ontwikkeld; hoewel zeker voor verbetering vatbaar) en wordt er gebouwd. Niet volgens een plannetje maar puur op creativiteit. En als er iets is waar onze zonen ruimschoots genoeg van hebben, dan is het die mateloze creativiteit wel. Als we weten dat het degelijk is, lang meegaat en voor eindeloos speelplezier zorgt, dan wordt daar ook graag geld aan uitgegeven. Liever dat dan een stuk speelgoed dat na nog geen uur nooit meer aangeraakt wordt. Ervaring leert, maar voor Sinterklaas blijft het keer op keer moeilijk.