Als er een boek zou bestaan met de ideale handleiding ‘hoe omgaan met je puberzoon’, ik zou het direct kopen. Misschien laat mijn geheugen me te veel in de steek als het om mijn eigen puberjaren gaat maar toch heb ik ergens het gevoel dat ik minder gepuberd heb als de oude zoon.
De oudste zoon, bijna 14, heeft een apart karakter. Hij hoort het niet graag maar soms omschrijf ik hem als ‘een grote mond, een klein hartje’. Ik vind niet dat ik daar iets verkeerd mee zeg want soms heeft dat kantje ook iets schattigs.
De puber is typevoorbeeld van de huidige generatie (denk ik toch, of eerder een ‘extreem geval’). Zijn handen lijken vergroeid met zijn smartphone. Zijn oren zitten constant verborgen onder een stel oorschelpen die er meteen ook voor zorgen dat alles wat ik zeg in dovemansoren terecht komt. Wil je communiceren met de puber dan moet je hem er eerst op attent maken dat je in gesprek wil gaan door te wuiven, op zijn schouder te kloppen of eender wat dat in staat is zijn andere zintuigen te prikkelen. Zot word ik er soms van, want meermaals besef ik te laat dat al wat ik gezegd heb voor de wind was.
Youtube is zijn heiligdom, samen met de vlogkanalen van een stel zotte Hollanders. Makkelijk is het niet om hem uit zijn stoel of zetel te lokken. Misschien moet ik zelf eens beginnen vloggen om de boodschap makkelijker bij de zoon te krijgen?
Slapengaan is altijd een gevecht, ‘s morgen opstaan natuurlijk nog een veel groter gevecht. Huiswerk maken, liefst zo snel mogelijk. Moeilijke schoolvakken? Die negeert hij nog liever. ‘De koe bij de horens vatten’ is een spreekwoord dat niet zijn woordenboek staat.
Op vakantie is hij soms het vijfde wiel aan de wagen. Het wiel dat liever niet meedraait, weinig zin heeft om mee op sleeptouw genomen te worden naar onbekende plekjes. Af te toe geven we toe, laten we hem zijn ding doen, terwijl wij met de andere broers ons ding doen. Als we altijd toegeven is zijn dagelijkse bewegingsradius extreem klein. Hoewel, als het op geocaching aankomt, dan heeft hij energie te over. En thuis -ik moet eerlijk zijn- pakt hij regelmatig de fiets om bij vrienden in de buurt binnen te springen. Misschien zie ik het allemaal te negatief. Zie ik alleen zijn luiheid en ben ik blind geworden voor zijn talenten?
Als iemand een handleiding in de kast heeft, dan wil ik die graag eens lenen. Misschien was het vroeger niet anders. Vervang smartphone door boek en we gaan misschien gewoon een paar generaties terug (en zie ik mezelf).
5 zegjes gedaan op De puberzoon