Soms vraag ik me af hoe weinig (of hoeveel) we weten over de kinderjaren van onze ouders. Een overlijden is vaak ook de aanleiding om met de achterblijvers herinneringen boven te halen. Dat plus Mats die op school een project rond WO II deed en we waren vertrokken.
We hoorden verhalen over de oorlogsjaren. Over de bom die op een paar honderd meter van ons ouderlijke huis ontplofte. Een man, die op vogeltjesjacht was, liet er het leven bij. De dakpannen op het dak lagen schots en scheef, het vensterglas was kapot. En de ezel van mijn grootvader die zo schrok dat hij ervandoor ging.
We hoorden over de schuilkelder die mijn grootvader eigenhandig groef in de tuin en over de vlucht met hun 9-koppige gezin die slechts één dag en nacht duurde en eindigde in Begijnendijk om de dag nadien gewoon terug naar huis te gaan. We hoorden over de familie uit Mechelen die onderdak kreeg op de boerderij en de Engelse jeep die een paar dagen voor het huis geparkeerd stond. En over de vergeldingsacties tegen de collaborateurs, de zwarten, na de oorlog. Mijn vader was in 1945 slechts 6, maar het is duidelijk dat die oorlogsgebeurtenissen nog steeds ergens in zijn geheugen zitten.
We houden ons zo bezig met de wereldgeschiedenis. Onze kinderen leren over de stroomculturen, de Oudheid, de Middeleeuwen, … maar als het over onze eigen familiegeschiedenis gaat, dan zit er een groot zwart gat. Misschien moeten we wat meer moeite doen om die herinneringen neer te schrijven? Om ze te bewaren voor het nageslacht want eens de oude generatie er niet meer is, zijn al deze herinneringen voorgoed verloren.
Mijn grootmoeder stierf aan darmkanker in 1960 in het ziekenhuis in Mechelen. Ze liet zes zonen, een dochter en een echtgenoot achter. Van haar begrafenisstoet bestaat er een fotoboek. Blijkbaar was het toen de gewoonte een fotoreportage te maken van zulke trieste gebeurtenis. Toen we onze grootvader niet herkenden op de foto’s, wist mijn vader te zeggen dat die niet bij de begrafenis aanwezig was. In 1960 was het blijkbaar de gewoonte dat de echtgenoot thuis bleef, terwijl de rest van de familie zijn vrouw ten grave droeg. Toen was het waarschijnlijk doodnormaal … nu klinkt het vreemd in de oren.
En dan vraag ik me af hoeveel van die verhalen ik niet hoorde, die ik misschien nooit meer zal horen. Vanaf nu ga ik proberen om regelmatig een paar vragen af te vuren op mijn vader in de hoop nog wat puzzelstukjes uit zijn verhalen bij elkaar te zoeken zodat ik ze kan doorgeven aan onze kinderen.
Een zegje gedaan op Je familiegeschiedenis